Een hotel als paradepaardje

Auteur: Jason van de Veltmaete
Hotelketens 10 april 2006
Een hotel als paradepaardje

Het beeldmerk van Metterwoon Vastgoed B.V. is rechthoekig en strak. Tweekleurig en in tweeën gedeeld door een diagonale, oplopende lijn. Op de website van Metterwoon vinden we prominent de beeldmerken van twee hotels, elk met een golvend lijntje. Dat laatste is niet verrassend, want beide hotels liggen aan zee. We gaan praten over synergie.

Ze zouden het vaker moeten doen: iemand van buiten de hotellerie - die toch zijdelings met dat 'wereldje' te maken heeft - samen met een door de wol geverfde hotelier een hotel laten beheren. Wat levert het op? Een frisse kijk en een gedegen aanpak. Tevens, omdat het Metterwoon betreft: het rotsvaste fundament van een vastgoedonderneming.

Investeren

Tonney Thunnessen is de echtgenote van Chris Thunnessen, de eigenaar van Metterwoon Vastgoed en - sinds 1998/99 - van twee hotels: het Atlantic Hotel (Kijkduin, Den Haag) en het Badhotel Scheveningen. De entree van dit echtpaar in de hotellerie zal destijds sommigen verbaasd en wellicht een beetje verontrust hebben, maar ook de sceptici kunnen niet volhouden dat het 'een vergissing' was. En laten we wel zijn, de stap van onroerend goed naar een aan-de-boulevard-gelegen hotel is, in dit geval, eigenlijk heel logisch. Tonney Thunnessen: 'We zeggen wel eens gekscherend dat we een eigen badplaats hebben. De boulevard van Kijkduin is namelijk van Metterwoon Vastgoed. We hebben het Atlantic Hotel gekocht omwille van de synergie. Onze hotelgasten gaan immers winkelen in ons winkelcentrum; zij gaan eten in een restaurant aan de boulevard; zij gaan wat drinken op een terras. De mensen uit Kijkduin komen regelmatig eten in het hotelrestaurant en gaan hier aan de bar zitten. Hun zakenrelaties brengen zij in dit hotel onder.'

We blijven in en bij het Atlantic Hotel, want er is iets dat rechtgeaarde hoteliers als muziek in de oren zal klinken: dit hotel wordt als het paradepaardje, als een 'toonbeeld' van Metterwoons bedrijvigheid gezien. Thunnessen: 'Zo'n hotel spreekt de mensen meer aan dan een winkelcentrum of een flatgebouw. Wij vinden dit hotel aantrekkelijk als een investeringsobject, maar ook als een imago-versterkend iets. Winstgevendheid en uitstraling gaan hier hand in hand. Het Atlantic Hotel was in '98 nogal gedateerd; we hebben dus veel moeten investeren. Dat geeft niet, want de kost gaat voor de baat uit.'

Voor wat betreft innovatie en renovatie is Thunnessen niet snel tevreden. Inmiddels is veel tot stand gebracht, maar de gedachte aan voldaan achteroverleunen is haar vreemd. De Tromp-Ruyter zaal (Eindelijk aandacht voor vaderlandse geschiedenis in onze hotels!) is prachtig geworden; het restaurant en de bar zijn vernieuwd; er is een business-centre gekomen; thema-suites; nieuwe vloerbedekking... De keuken komt nog aan bod; en de lounge; het zwembad...

Spoedcursus

Het Badhotel Scheveningen is een ander verhaal. 'Het was van dezelfde eigenaar als het Atlantic Hotel,' verheldert Thunnessen. 'We hebben het Badhotel erbij genomen, puur als onroerend goed belegging. Voor alle duidelijkheid: we doen er alles aan om ook dat hotel op niveau te houden. De general manager runt het echter zonder bemoeienis van ons.'

Ook daarin verschilt het Badhotel Scheveningen sterk van het luttele kilometers verderop gelegen Atlantic Hotel. Robert Abels, general manager van het paradepaardje in Kijkduin, kijkt vooralsnog onbestemd glimlachend naar de duinen die zich achter de ramen van zijn hotelrestaurant uitstrekken. Hij zwijgt nog, terwijl Tonney Thunnessen vertelt: 'Robert heeft natuurlijk zijn eigen ideeën en gaat zijn eigen gang, maar hier bemoeien we ons wel degelijk met het een en ander. Met de inrichting vooral. Dat is nu eenmaal een liefhebberij van mijn man. Daar hebben Robert en hij wel regelmatig discussies over.'

Abels: 'Ik word bijna niet lastig gevallen met betrekking tot de bedrijfsvoering, maar inderdaad, de inrichting mag zich in een warme belangstelling van de eigenaar verheugen. De discussies daarover verlopen altijd in een prettige sfeer hoor. Hij vind het nadenken over de inrichting gewoon leuk; het is zijn kindje. Voor hem is dit hotel gelukkig veel meer dan een stapel stenen. Hij beschouwt dit hotel als de parel in de kroon van zijn onderneming, en daar ben ik alleen maar blij mee.'

Maar ja, een echtpaar dat zonder hotelachtergrond... 'Nee, neenee!' roept Abels onmiddellijk. 'Die twee zijn meteen toen ze dit hotel gekocht hadden een spoedcursus hotelmanagement gaan volgen. Aan de Hotelschool Den Haag, met nog wat mensen er omheen, zoals de financieel directeur. In plaats van alles simpelweg aan ons te vragen, zijn ze elke week naar school gegaan; dat is beslist lovenswaardig. Al snel spraken ze de taal van een hotelier.'

Realiteit

Het Badhotel Scheveningen (drie sterren) is vier maanden later in de 'portefeuille' opgenomen dan het Atlantic Hotel (vier sterren). Het Badhotel als belegging; het Atlantic Hotel als paradepaardje... Is er desalniettemin sprake van een soort gezamenlijke identiteit? 'Nee', antwoordt Abels met stelligheid, 'maar we verwijzen wel naar elkaar. Qua marketing doen we echter niets samen.' - Thunnessen: 'We zijn overigens wel van plan om beide hotels wat vaker samen in de markt te zetten.'

Vanaf 1 januari dit jaar is het Atlantic Hotel een van de drie Nederlandse hotels die aangesloten zijn bij Special Hotels of the World. (De andere twee: Hotel Toren en Lloyd Hotel, beide in Amsterdam.) De voordelen? Uiteraard de vermelding in een internationaal verspreide hotelgids, publiciteit en een online boekingsysteem. Maar ook qua uitstraling past dit samenwerkingsverband prima bij de gouden liftdeuren en fraaie tapijten van het Atlantic Hotel.

Waar vinden we, tussen het moderne 'piekerige' kapsel van de jonge piccolo (Thunnessen: 'Johan, doe dat haar eens wat naar beneden.') en de zorgvuldig ingerichte themakamers de 'personal touch' en het Fingerspitzengefühl van de eigenaars? 'Doordat we veel reisden en dus vaak in hotels verbleven - dikwijls langdurig -, gingen we vanzelf nadenken over wat wij anders zouden doen,' aldus Thunnessen. 'Nu we zelf een hotel hebben, begrijpen we veel beter waarom bepaalde dingen op een bepaalde manier gedaan worden. Toch proberen we nog zoveel mogelijk als gast te denken, want het gaat ons niet louter en alleen om rendement en opbrengst.'

Abels: 'Ik moet als hotelier, als vakman, telkens het verhaal weten te vertellen; ik moet de eigenaars - die dus niet als hoteliers denken - iedere keer zien te overtuigen. In het begin gaapte er een enorme kloof tussen wat zij dachten gekocht te hebben en de realiteit van het hotelbedrijf. Die kloof is zich langzaam aan het dichten. Voor dit hotel heeft de overname alleen maar gunstige gevolgen gehad: de boedel was sleets in 1998, nu oogt het allemaal fantastisch.'

Thunnessen: 'We hebben een flink verloop in personeel gehad. Dat kon niet anders, want we zijn ons op een andere doelgroep gaan richten, en bij die doelgroep hoort nu eenmaal een ander soort medewerkers. Inmiddels hebben we hier een heel leuke groep mensen die goed op elkaar ingespeeld zijn.'

Abels: 'Voor een particuliere eigenaar werken is heel anders dan voor een keten, dat moge duidelijk zijn. Je moet je als directeur totaal anders opstellen. Deze eigenaars hebben dit hotel immers vooral omdat ze het leuk vinden.'

Winst of sfeer?

Als iemand het Atlantic Hotel door en door kent, is het Robert Abels. Sinds 1976 (!) is hij - weliswaar met tussenpozen elders - aan dit bedrijf verbonden. Deze rashotelier, die in termen als efficiëntie, omzet, marges, yield, kameropbrengst en dergelijke denkt, heeft plotseling te maken gekregen met mensen voor wie de winstcijfers niet per se op de eerste plaats komen. Voor het echtpaar Thunnessen tellen de 'softe' zaken als sfeer en beleving net zo hard mee. 'We werken naar een bepaalde uitstraling toe, en daar hebben we geld voor over,' stelt Tonney Thunnessen.

Abels: 'Hun eerste vraag aan mij betreft nooit de bezettingsgraad. Wel: "Hoe gaat het met jou? En met het team? En met het personeel?" Als ze vragen of het terras vol zit, is het niet vanwege de rinkelende kassa's, maar vanwege de sfeer. De Thunnessens willen vooral weten of de mensen het hier naar hun zin hebben.'

Het Atlantic Hotel reilt en zeilt er goed bij; daar zijn Tonney Thunnessen en Robert Abels het over eens. Hun benaderingen van de hotellerie zijn complementair. Maar het was even wennen; ook dat beamen zij volmondig.

De doelgroep die meer op de voorgrond is getreden in het Atlantic Hotel, bestaat uit zakenlieden. 'De verhouding leisure staat tot zakelijk is ongeveer 30 staat tot 70,' aldus Thunnessen. Doordat we dit hotel anders in de markt gezet hebben, is het aantal zakelijke gasten sterk toegenomen. We zijn ons ook meer op vergaderingen en congressen gaan richten. Met onze zalen - die heel mooi zijn - kunnen we behoorlijk aan de weg timmeren. We zijn ook als "sporthotel" gewild: Jong Oranje is hier te gast geweest, bijvoorbeeld.'

En niet te vergeten de politiek: de ministeries hebben het Atlantic Hotel aangewezen als - in goed Nederlands - 'preferred hotel'. De omringende duinen worden door gezagsdragers en voerbalsterren vooral gewaardeerd in het kader van de veiligheid, waarbij aangetekend moet worden dat de 24-uurs bewaking van Kijkduin door Metterwoon Vastgoed gefinancierd wordt. Natuurlijk staan ook de accommodatie en de dienstverlening van een preferred hotel op een hoog peil; dat spreekt vanzelf.

Den Haag

Een voor de hand liggende vraag aan Tonney Thunnessen is natuurlijk: Blijft het bij deze twee hotels? 'Voorlopig wel,' lacht zij. 'Maar het woord "nooit" spreek ik zelden lichtvaardig uit. Eerst willen we het Atlantic Hotel en het Badhotel Scheveningen heel goed in de markt zetten. We zijn werkelijk niet aan het zoeken naar een leuk hotel dat wellicht ergens te koop staat.'

Abels: 'En als het ooit gebeurt, zal het beslist een project zijn waar zij beiden plezier aan kunnen beleven.'

De gemeente Den Haag is blij met het Atlantic Hotel. Voor wat betreft het niveau en de uitstraling past dit hotel prima in de plannen om aan de zuidkant van de hofstad een exclusieve villawijk te bouwen. Het corps diplomatique en allerlei buitenlandse zakenlieden zullen een warm onthaal vinden in Kijkduin. Direct aan zee, in de duinen, maar ook in de onmiddellijke nabijheid van het Binnenhof, de ambassades en het Internationaal Gerechtshof.

Toch is Thunnessen niet onverdeeld gelukkig met de ontwikkelingen in Den Haag. 'De trend waar Hospitality Management in nummer 5 van 2005 over geschreven heeft, hebben we ook in het Atlantic Hotel gezien: een betere kamerprijs en een stijging van de bezettingsgraad. Bij ons komt het echter doordat het hotel er heel mooi bij staat en we flink met de marktpositionering bezig zijn geweest. We vormen een uitzondering, want in Den Haag is - in tegenstelling tot Rotterdam en Amsterdam - de kamerprijs omlaag gegaan. Dat geldt ook voor ons Badhotel. De bezetting is hetzelfde gebleven. In Den Haag worden helaas nog steeds hotelkamers bijgebouwd, terwijl er geen vraag naar is. Dat vinden wij zeer zorgwekkend. De capaciteit van het WFCC is afgenomen door het afbreken van de Statenhal; daardoor kunnen grote congressen niet meer in Den Haag terecht. Toch zijn er de afgelopen twee jaar 600 kamers bij gebouwd. In 2006 staan in de regio nog eens 400 nieuwe kamers gepland. Men wil ook nog een Hilton neerzetten met 220 kamers...'

Eén ding is zeker: de nieuwelingen zullen er een harde dobber aan hebben om gasten bij het Atlantic Hotel weg te snoepen. Ontegenzeggelijk is dit hotel een plek waar comfort en rust te vinden zijn: moderne viersterrenkamers en evenzo gerieflijke faciliteiten; de golvende duinen; het kabbelende water... Zelfs een stormachtige wind aan zee heeft wel iets. Maar meer dan dat. In het Atlantic Hotel wordt veel aandacht besteed aan de medewerkers. Abels: 'Ook het personeel moet zich hier thuis voelen. Werken mag geen straf zijn. Als wij allemaal plezier in ons werk hebben, voelt de gast dat onmiddellijk aan. Een mysteryguest zei laatst: "Wat mij het meest opviel, was dat het personeel zo aardig was." Een groter compliment kunnen wij niet krijgen.'

Atlantic Hotel (vier sterren)

  • Kamers: 152 (4 kamertypes)
  • Zalen: 16 (tot 300 personen)
  • Twee restaurants
  • Zwembad, sauna, beautysalon

Badhotel Scheveningen (drie sterren)

  • Kamers: 90
  • Zalen: 6
  • Restaurant

HM302006

Overig nieuws