Interview: BUNK Hotels geeft het Nederlandse hotellandschap extra glans

Auteur: Thijs Jacobs
22 mei 2019
Interview: BUNK Hotels geeft het Nederlandse hotellandschap extra glans

Robin Hagedoorn (links op de openingsfoto) en Joachim de Looij stralen van oor tot oor. Hun BUNK Hotel in Utrecht opent op 20 juni de deuren voor de allereerste gasten en wij mochten alvast een kijkje nemen in de Westerkerk die omgetoverd wordt tot hotel. Eenmaal binnen, blijken de bouwvakkers nog druk bezig te zijn met de laatste werkzaamheden. Overal bedrijvigheid, druk timmerende en zagende bouwlieden en vooral nog heel veel stof. Voor mij als leek lijkt het praktisch onmogelijk om dit op tijd gereed te krijgen voor de opening, maar Joachim is vastberaden. Op overtuigende wijze vertelt hij me dat dit alles volgende week klaar is, waarna er schoongemaakt kan worden.

Joachim is Managing Director van BUNK Hotels, de nieuwe hotel/hostelketen die uit de hoge hoed van succesvol vastgoedondernemer Robin Hagedoorn komt. Joachim: “Robin komt inderdaad vanuit het commerciële vastgoed en ik heb een achtergrond bij Accor. Liefst zou Robin dit alles zonder ‘hotello’s’ doen, maar je hebt ze uiteindelijk wel voor bepaalde dingen nodig.” Robin pakt het op een eigen, unieke wijze aan en gebruikt de Burning Man principes als inspiratie binnen dit project, net als in zijn eigen leven. Robin: “Leaving no trace, decommodification, gifting… Allemaal principes die terugkomen bij BUNK. Dat zul je zo wel zien.”

Buurthuis

Inmiddels hebben we de magistrale entree verlaten. Daar heb je een prachtig uitzicht op het immense en monumentale orgel, dat een Rijksmonument is. De bankjes van de kerk zijn allemaal verwerkt in het interieur, het wordt prachtig. “Straks moeten we alle 2500 pijpjes nog gaan schoonmaken, want het onderhoud van het orgel is een verplichting”, vertelt Joachim. Hier beneden komen lange tafels, waaraan iedereen gezamenlijk kan eten. Robin: "Het omarmen en welkom heten van iedereen, is een essentieel onderdeel van BUNK. We zijn er ook voor de buurt. Door die belofte hebben we de pitch trouwens ook gewonnen. De gerechten zijn straks zeer vriendelijk geprijsd, iedereen is welkom. Koffie kost bij ons straks maar anderhalve euro bijvoorbeeld. Dat is op het station zelfs nog een stuk duurder.”

Inderdaad, de prijzen worden laag gehouden, het maximaliseren van de omzet en winst heeft geen prioriteit. Althans, het belang daarvan is veel minder groot dan bij de meeste hotelketens, alhoewel er uiteraard wel gezonde financiële marges worden gehanteerd. BUNK is en blijft natuurlijk een commercieel bedrijf. Een deel van de winst gaat zelfs in een fonds. Robin: “Vanuit het fonds gaan we culturele activiteiten organiseren. Onze belofte aan de buurt wordt ingelost, we doen echt iets terug voor de samenleving. Daarnaast is het element ‘verwondering’ één van de kernwaarden binnen BUNK. Het zijn vaak hele kleine dingen die het verschil maken, zoals de Delfts blauwe stopcontacten die we op alle kamers monteren. Die zijn door een kunstenaar speciaal voor ons gemaakt. Net als de foto’s aan de wanden van de hotelkamers, die zijn gemaakt door Rachel Schraven, een lokale fotografe die vooral modefotografie doet en een kunstzinnige serie heeft gemaakt die wij gebruiken. Geweldig! Al met al is het eindresultaat het gevolg van een eigenzinnige visie die vorm heeft gekregen door co-creatie.”

Succes door co-creatie

Co-creatie. Dat is het zeker, want er is geen architect of groot bureau aan het hele hotelplan te pas gekomen, maar wel veel inbreng van buitenaf. “Eigenlijk zijn we zelf architect geweest”, vertelt Robin. “Er is alleen een bouwkundig tekenaar aan het werk geweest. We gingen letterlijk zelf op de balken van de kerk staan en dachten dan van: ‘hier kunnen best zes hotelkamers komen’. Dat is het verschil tussen een zelfstandig ondernemer en een keten, wij werken met hart en ziel en hebben een unieke visie. Niets is standaard. Uiteindelijk was het marketingconcept leidend en hebben we daar samen met kunstenaars en ontwerpers richting aan gegeven. Dat is pas echt co-creatie.” Voor Joachim, die een achtergrond heeft bij Accor, hij werkte acht jaar voor het hotelbedrijf, is het werken hier wezenlijk anders. Het voelt goed. “Bij ons loopt het personeel straks in hun eigen kleding, waarin ze zich goed voelen. Ze lopen niet in van die polyester pakken, zoals bij sommige hotelketens. Dat voelt niet okee voor ons, maar natuurlijk ook niet voor de werknemer. Die lelijke plastic pakken willen we hier niet, net als commerciële uitingen van merken. Er waren genoeg brouwers die de bar wilden financieren als ze hun logo’s kwijt konden, maar dat druist in tegen onze principes. We vermelden de biersoorten wel, maar doen dat in ons eigen lettertype en zonder logo’s. Robin en ik waren beiden eigenlijk op hetzelfde moment op zoek naar een betere invulling van ons leven… Robin zat op een gegeven moment in zijn gouden kooi op de Amsterdamse Zuidas en dacht bij zichzelf ‘wat doe ik hier?’, terwijl ik een jaar op wereldreis was na mijn periode bij Accor, het hotelbedrijf waarvoor ik de opening van het INK Hotel in Amsterdam heb gedaan. Dat was een bewuste periode van bezinning, want ik voelde me ook niet meer goed thuis bij een keten waarin alles via protocollen verliep, waar je niet nadenkt, maar alleen uitvoert… De drang naar vrijheid was bij ons beiden zeer groot.”

Even terug naar het meer tastbare, de bouw van het hotel en de inrichting van de hotelkamers. De kamers zijn klein, gemiddeld slechts negen vierkante meter groot. Daardoor kunnen ze relatief goedkoop in de markt gezet worden en heeft de gast meer geld over om de stad te ontdekken en zich te mengen met de lokale bevolking. “BUNK kun je ook vertalen als ‘bedstede’”, vertelt Joachim. “De bedstede, met ruimte eronder om je koffer op te bergen, is een belangrijk onderdeel van de kamer. De afwerking is helemaal interieurbouw, want in zo’n oude kerk is niets recht. Alles is helemaal op maat gemaakt. De tien kamers in het blok dat je boven de bar ziet, zijn de kleinste. Terwijl onze ‘most epic room’ de enige kamer met een ligbad is. Natuurlijk hebben de hotelkamers allemaal wel goed sanitair, een prima douche en een toilet. In de voormalige kosterswoning hebben we ook verdiepingen gecreëerd, net als in de kerk zelf. We werken nauw samen met een bouwbedrijf dat veel werkt in de scheepsbouw, waardoor ze goed zijn in het vormgeven van kleine ruimten. In de hostelruimte komen losse units met gordijntjes en het sanitair is er ook uitstekend. Er komt een mooie groenwand en zelfs tweepersoons ‘pods’ om in te slapen. Over een paar dagen is alles klaar.”

Financiering

De financiering was blijkbaar geen probleem, ook vanwege de vastgoedachtergrond van Robin. “Robin is aandeelhouder samen met twee andere kennissen van hem uit de zakelijke dienstverlening. De Rabobank is hier ook bij betrokken, zij geloofden er direct in, ook al werd het project opgezet door mensen zonder hotelachtergrond”, aldus Joachim. Financiering is één ding. De buurt meekrijgen en de verkopende partij overtuigen van je concept is een tweede. Joachim: “Wijk C is een mondige buurt. Het wordt ook weleens ‘Wijk Nee’ genoemd, maar we hebben ze nog voor het winnen van de pitch en de vergunningsaanvraag uitgenodigd voor een informatiebijeenkomst om onze plannen uit te leggen en zelfs aan te geven op welke manier ze bezwaar in konden dienen als ze dat zouden willen. Daardoor zijn er uiteindelijk helemaal geen bezwaren ingediend. Onderschat de kracht van communicatie niet, maar vooral ook die van eerlijk ondernemen niet. We komen onze beloftes straks na en creëren een plek waar de buurt op een laagdrempelige manier kan samenkomen. Voor de gereformeerde kerk, die naar een locatie buiten het centrum gaat verhuizen, was BUNK waardig genoeg… De leus ‘Het is hier geen hotel’, die op de gevel staat, hebben we dus niet voor niets gekozen. We zijn ook niet echt een hotel, maar meer een buurthuis. Dat houdt ook in dat we geen ontbijtbuffetten gaan opbouwen in de ochtend. Nee, dat past niet bij ons en bij wat we willen zijn. Onze gasten bestellen – net als de locals – een á la carte ontbijtgerecht. Ze kunnen kiezen uit zes gerechten, die elk elf euro kosten, inclusief onbeperkt koffie, thee en sappen. Deze plek is juist voor mensen uit de stad. Je kunt er ook goed werken. Wist je dat er in Utrecht maar twee tentjes vanaf half acht open zijn voor ontbijt? Wij straks om zeven uur. In tegenstelling tot Amsterdam is de ontbijtcultuur in Utrecht nog niet zo groot, terwijl er wel behoefte aan is.”

Iedereen wil hier werken

Qua werving van personeel was er totaal geen probleem om aan goede mensen te komen. De wervingscampagne was trouwens subliem en vooruitstrevend, maar bovenal wil iedereen blijkbaar wel werken voor zo’n leuk concept. Joachim: “Het team is compleet. We hebben zelfs honderd mensen moeten afwijzen. Dat je in je eigen kleding mag werken is een pré natuurlijk, net als de structuur binnen de organisatie.” Robin: “Je herkent het personeel straks alleen aan hun keycord. Dat houdt in dat je vrijwel alleen aan het gedrag ziet dat iemand tot het personeel behoort, maar daar trainen we ook op. Deze week start een trainingsbureau met de supervisors en het management, waarna zij zelf het overige personeel trainen. Dat is bewust, want op die manier blijven ze zelf verantwoordelijk voor het team, terwijl het team ook behoorlijk autonoom mag opereren. Zolang je het maar kan verantwoorden. Geef je eens een keer drie nachten weg? Prima, als je maar kan verantwoorden waarom je dat doet. We willen onze werknemers niet ketenen. Natuurlijk zijn er processen, maar vooral veel autonomie en plezier in het werk. Je moest eens weten hoe vaak mijn LinkedIn profiel wordt bekeken de laatste tijd. Hotelmensen houden van LinkedIn en ze hebben blijkbaar lucht gekregen van onze plannen.”

Alles gaat bij BUNK net een beetje anders. Op de kamers vind je bijvoorbeeld geen prullenbakken. Joachim: “Die staan op de gang, want dan kun je het afval scheiden. In zo’n prullenbakje op de doorsnee hotelkamer kan dat niet. Dat is zo vervelend in hotels met een prullenbak op de kamer, daar kan afval logischerwijs niet gescheiden worden, wat slecht is voor het milieu. En dan hebben we nog de ‘donation bag’ (een canvas shopper, waarin gasten kleding kunnen achterlaten voor een goed doel, red.) voor kleding die achterblijft. Je moest eens weten hoeveel kleding er in hotels achterblijft… Gasten komen heus niet met lege koffers aan, maar shoppen hier heel veel. Daardoor blijft er kleding achter. Bij ons kan dat in de donation bag. Deze tas kun je ook los kopen; de opbrengst gaat dan naar het cultuurfonds. Een ketenhotel zou dit nooit doen, vanwege de distributie, maar wij werken vanuit onze principes, niet puur uit winstbejag.”

Hotelier zonder gasten

Wat een inspirerende ontmoeting met nieuwe boegbeelden van het Nederlandse hotellandschap. Joachim en Robin zijn trots, maar ook wel een beetje vermoeid na de lange reis die hen bracht naar de opening binnenkort. “Iemand zei tegen me dat ik de enige hoteleigenaar in Nederland ben die nog nooit een gast in zijn hotel heeft gehad”, lacht Robin. “En dat al ruim twee jaar lang, want zo lang zijn we op deze plek al bezig. We hebben miljoenen uitgegeven, maar ik maak me er geen zorgen over dat we dat niet terug gaan verdienen. Later dit jaar openen we ons hotel in Amsterdam Noord, ook in een oude kerk. Gelukkig heb ik ervaring met het verbouwen van kerken, want ik heb er privé ook al twee verbouwd om in te wonen.”  De ervaring met het verbouwen van kerken heeft de ondernemer een voordeel gegeven. “Door de verbouw van die twee kerken heb ik al de nodige kennis met betrekking tot welstandscommissies en dergelijke, want het is niet gemakkelijk om zo’n project van de grond te krijgen zonder enige voorkennis, geloof me. Inmiddels kijken we al naar andere steden in Nederland, in het buitenland zelfs, om BUNK verder uit te bouwen. Waar ik graag wil openen? In Rotterdam of Den Haag bijvoorbeeld of in België, in Antwerpen of Gent. Liefst in oude kerken, maar een oud klooster of ander monumentaal pand kan ook… Het moet dan wel een pand zijn waarin minimaal 100 kamers passen. Utrecht is met 45 kamers al een stuk kleiner dan Amsterdam, waar 106 kamers komen. Op ons kantoor werken inmiddels twaalf mensen, begin juni start het personeel in het hotel. Van start-up zijn we dadelijk in één keer een groot bedrijf met zo’n 150 fte’s als je ook het schoonmaakpersoneel meetelt. Dat is niet niks. Ach, we zien ook wel wat er op ons pad komt, voorlopig zijn we nog niet klaar.”

 

BUNK UTRECHT: ALLE FEITEN OP EEN RIJ

 

45 kamers (vanaf 44,- per nacht)
60 pods (vanaf 24,- per nacht)
Restaurant (hoofdgerechten vanaf 12,-)
Bar & galerij met werkplekken
Glazen lift
Quellhorst orgel

 

PLANNEN VOOR BUNK AMSTERDAM

BUNK Amsterdam is de tweede vestiging die zal openen dit jaar. Ook deze vestiging zit in een monumentale kerk, namelijk de St. Ritakerk in Amsterdam Noord aan het Hagedoornplein 2. Hier zullen circa 106 hotelkamers en 52 pods worden gerealiseerd.

HM302019

Overig nieuws