De Hoofdige Boer, Almen; Eten met het stempel van de streek

Auteur: Redactie
Toerisme 22 december 2003
De Hoofdige Boer, Almen; Eten met het stempel van de streek

’Elk weet, waar ’t Almensch kerkje staat en kent de laan die derwaart gaat...’ Zo begint  A.C.W. Staring zijn uit 1820 stammende gedicht ‘De Hoofdige Boer’. Dat kerkje vormt nog steeds het hart van Almen, gelegen in het coulisselandschap van de Gelderse Achterhoek.  Bijna even oud is het hoofdgedeelte van het nabijgelegen hotel-restaurant met dezelfde naam als het gedicht. In serene rust ontvangt de familie Holtslag al drie generaties lang haar gasten.

Recentelijk onderging De Hoofdige Boer haar zoveelste vernieuwing, toen de meeste van de 23 kamers een opknapbeurt kregen. Want hoewel het circa 1200 zielen tellende Almen een dorp is waar de tijd langzamer lijkt te gaan, hij staat beslist niet stil. Toen Dirk Holtslag het pand in 1953 kocht van de familie Ovink, telde het zes kamers, met één badkamer op de gang. De tegenwoordige feestzaal was toen een smederij. ‘In die tijd bracht mijn grootvader nog kruidenierswaren rond met paard en wagen,’ vertelt eigenaar Dirk Holtslag (de vierde). ‘Mijn ouders namen het pand in 1965 over. Ze hebben het toen meteen een andere naam gegeven omdat nog steeds naar Ovink werd gevraagd. Het werd dus de Hoofdige Boer, genoemd naar het gedicht dat ze op school hadden geleerd.’

Sterren

De Hoofdige Boer bestaat, naast het hotel, uit een restaurant, een café, de voor zowel zakelijke bijeenkomsten als voor bruiloften, recepties en andere bijeenkomsten bestemde Staringzaal en Staringkamer, en de uit de 19e eeuw stammende theetuin. ‘Die theetuin is een visitekaartje van het bedrijf,’ zegt Holtslag. ‘Al jaren houden we er “afternoon teas”. Waarom niet? Dat hoeft zich echt niet tot de Randstad te beperken. In het begin hielden we die elke zondag. Dat liep perfect. Tot enkele collega’s het idee overnamen. Daarop hebben we besloten de vaste dagen af te schaffen en met reserveringen te gaan werken.’
Het hotel telt drie sterren. Of daar verandering in komt, is volgens Holtslag moeilijk te zeggen. ‘De ANWB heeft ooit gezegd dat er maar dit hoeft te gebeuren of we hebben er een ster bij. Aan de andere kant trek je toch ook meteen een ander publiek. Dat verwacht wellicht een zwembad en een tennisbaan. Een zwembad hebben wij niet en om gebruik te kunnen maken van de tennisbanen - voor onze gasten gratis – moet je wel vijf minuten lopen. Dan kun je niet echt zeggen dat het bij het hotel hoort. Bovendien bestaat er over het algemeen toch ook een prijsverschil tussen drie- en viersterrenhotels. Het is maar de vraag of je hogere prijzen wil invoeren. Er zitten dus nogal wat haken en ogen aan. Wellicht kan de nieuwe classificatie enige uitkomst bieden.’
Over de gang van zaken is Holtslag tevreden, al steekt hij niet zonder stoelen of banken dat de recessie zijn sporen achterlaat. ‘Vooral in de eerste helft van het jaar hebben we het goed kunnen merken, met name in het restaurant. Momenteel trekt het weer aan. Vooral het hotel loopt prima. Met arrangementen en de Hotelwaardecheque hebben we toch behoorlijk wat mensen weten te trekken. Vroeger sprak me dat absoluut niet aan, maar je moet de gasten toch binnen zien te halen. Als je het goed doet, komen ze misschien terug en zijn ze bereid meer uit te geven.’

Streekproducten

Hoeveel procent van de omzet op rekening komt van het restaurant durft Holtslag niet te zeggen, maar dat het een belangrijke plaats inneemt in de bedrijfsvoering staat als een paal boven water. Hij is er niet de man naar om te pronken met de bekende Nederlanders die in zijn restaurant hebben gegeten, maar hij laat de namen toch vallen. Oud-minister Borst, Harmen Siezen, Henk van Dorp… Zelfs de toenmalige prinses Juliana heeft er ooit met haar vriendinnen de lunch gebruikt. Zij is niet de enige. ‘Vooral in de zomer kan het onvoorstelbaar druk zijn,’ lacht Holtslag. ‘De afgelopen zomer hebben we 120 gasten in anderhalf uur gehad voor de lunch. Gigantisch.’

Op de meermaals per jaar wisselende menukaart van het restaurant prijken gerechten als een met ahornsiroop gelakte zeebaars met een groentejulienne en dragonsaus, gerookte varkensbiefstukjes met gorgonzola en krokant gegrilde plakjes Spinata Romana worst en een stoofpotje van kalfssukade met champignons, uiringen met room en witte wijn. Holtslag: ‘We werken zoveel mogelijk met verse spullen. De huzarensalade wordt dus zelf gemaakt en de sla met de handen gewassen. Daarnaast maken we veelvuldig gebruik van streekproducten. Zo komt de mosterd van een mosterdmakerij hier tegenover, betrekken we het pannenkoekenmeel van een molen uit een buurgemeente en hebben we vlees van Limousine-koeien van een plaatselijke boer.Op die manier kun je iets extra’s brengen.’
De specialiteit van het restaurant is al sinds de oprichting het serveren van wildgerechten. Momenteel wordt de laatste hand gelegd aan de wildkaart. ‘Dat trekt een hoop extra gasten,’ weet Holtslag. ‘Eén keer per jaar hebben we een wildbuffet. Mensen bellen in september al op of ze daar aan mee kunnen doen.’

Ook vaste prik is een speciaal menu voor Oudejaarsavond. Al 25 jaar serveert De Hoofdige Boer op die dag hetzelfde streekgerecht. ‘Tijdens die dag zijn we in klederdracht en vertelt mijn moeder in onvervalst dialect verhalen. Dat is altijd weer een enorm succes. Er zijn gasten bij die al 20 jaar komen’, aldus Holtslag.
Het moge duidelijk zijn. Een bezoekje aan de Hoofdige Boer betekent een kennismaking met het vele moois dat de Achterhoek te bieden heeft. Of zoals Staring het omschreef: ‘Ik ben uit Geldersch bloed! Oprecht is mijn gemoed; Aan eenvoud heb ik lust: Met pracht en weeld komt zorg; genoegzaamheid baart rust.’

HM302003

 

Overig nieuws