Interview Harry en Jennifer Westers, WestCord Hotels: "Wij spelen onze eigen wedstrijd"

Auteur: Jason van de Veldmaete
Hotelketens 15 augustus 2018
Interview Harry en Jennifer Westers, WestCord Hotels: "Wij spelen onze eigen wedstrijd"

Naamsbekendheid is meestal te danken aan opzienbarend nieuws. De naam Harry Westers doet bij menigeen binnen de hotellerie een belletje rinkelen. Nou ja, ‘belletje’; zeg gerust een scheepsbel. Hij heeft immers de SS Rotterdam weer op koers gekregen. En we kennen hem ook nog van Golden Tulip, de ooit bloeiende keten die hij - als belangrijk franchisenemer - voor de ondergang probeerde te behoeden. Maar ere wie ere toekomt: hij wordt vooral geroemd als eigenaar van een succesvolle, zich rap uitbreidende hotelgroep: WestCord.

*dit interview is afkomstig uit de juni-editie van Hospitality Management

Is WestCord een familiebedrijf? “Zeker! Mijn vrouw en ik doen het samen,” benadrukt Harry Westers onmiddellijk. “Mooier kun je het niet hebben. En twee maanden geleden is zoon Michael in de zaak gekomen. Hij heeft de Hoge Hotelschool gedaan en vervolgens Nijenrode. Nu bezoekt hij elke week twee van onze hotels, en hij steekt zijn energie in de opening van Hotel Jakarta (4 juni). Ik heb vier zonen: twee uit een vorig huwelijk en twee met Jennifer. De oudste werkt niet voor WestCord: hij zit in de telecom. De tweede (Leon) richt zich op onze Vlielandse hotels en het strandpaviljoen daar; de derde is de al genoemde Michael. Onze jongste zoon Harry heeft ook de hotelschool gedaan en verblijft momenteel in Nieuw-Zeeland. Hij gaat nog een managementopleiding volgen. Vooralsnog is Michael voorbestemd om te zijner tijd de leiding van WestCord op zich te nemen. Hoe over een paar jaar de taken herverdeeld gaan worden, moeten we nog bekijken. Jennifer en ik zijn nog niet van plan om te stoppen, maar we willen straks wel wat meer vrije tijd.”

Geschiedenis

Harry is vijftig jaar geleden dankzij zijn vader in de horeca verzeild geraakt. Eigenlijk wilde hij piloot worden. “Mijn vader was bakker op Vlieland,” vertelt hij. “Toen ik 17 was, kochten mijn ouders Hotel de Wadden. De boodschap voor mij was: dat kun jij mooi gaan doen. Ik dacht: nou ja, een hotel runnen kan ook leuk zijn. Van die keuze heb ik nooit spijt gehad. In die tijd pakte ik trouwens van alles aan: ik heb in de bouw gewerkt en ben nog even vrachtwagenchauffeur geweest. Op mijn 22e bouwde ik in eigen beheer tien hotelkamers erbij.”

En het verleden verloochent zich niet: in Hotel Jakarta (Amsterdam) bevindt zich Bakkerij Westers. Ook in Groningen en Rotterdam wordt dat concept - een ‘koffieconcept-achtig iets’ - in de markt gezet. “We gaan de specialiteiten van mijn vader gebruiken,” legt Harry uit. “Hij stond bekend om zijn suikerbrood en speculaas.”

Jubileum

Het is voor Harry begonnen in 1968; WestCord viert dus dit jaar het vijftigjarig jubileum. Terug naar Vlieland. Harry’s tweede hotel (Zeezicht; later verkocht) liet niet lang op zich wachten: hij was toen 23. Het derde (Strandhotel Seeduyn) zou echter een gebed zonder einde worden, zoals het gezegde luidt. Het werd, door allerlei inspraak- en bezwaarprocedures, een traject van vijftien jaar. Voordat op het beoogde stuk grond daadwerkelijk gebouwd kon worden, was er al drie ton in het project geïnvesteerd. Vandaar dat een reder uit Harlingen, genaamd Van der Schoot (de ‘cord’ van WestCord) gevraagd werd om aandeelhouder te worden. De familie Van der Schoot is nog steeds stille vennoot (32% van de aandelen).

Tijdens de bouw strandde het huwelijksbootje van Harry; hij was inmiddels 38. Niet lang daarna vroeg een van zijn vrienden, tijdens het jazzfestival Enkhuizen, of zijn dochter bij Harry stage mocht lopen. Die vriend kreeg weliswaar ‘nee’ op het rekwest, maar de dochter liet zich niet zomaar afschepen. “Ik hoef niets te verdienen,” zei Jennifer. Dát sprak Harry aan en de rest is geschiedenis. Inmiddels zijn de twee 31 jaar samen.

De grote wereld

Toen Harry twee hotels op Vlieland bezat, werd het voor hem tijd om wat bakens te verzetten. Dat betekende in eerste instantie uitbreiding richting de andere Waddeneilanden, te beginnen met Terschelling (Hotel Schylge, 1994). We zullen niet alle hotels aflopen, maar de draad van het verhaal oppakken bij de toetreding tot Wagons-Lits. “De bank vond het belangrijk dat we ergens bij hoorden,” aldus Harry. “Een van de hotelmanagers binnen die groep was bezig met een project in Amsterdam; dat wilde echter niet van de grond komen. Ik ben toen samen met Van der Schoot gaan kijken en we besloten om het avontuur aan te gaan. Binnen een half jaar waren we in Amsterdam aan het bouwen: het Art Hotel ontstond. Overigens is de toenmalige directeur van Wagons-Lits nu een van onze commissarissen. Ik heb veel geleerd in die periode.”

Jennifer: “Het was voor ons noorderlingen de grote wereld, maar we hebben veel steun en medewerking gekregen van onze Amsterdamse collega’s. En we waren er aan toe: we hadden vijf hotels op de eilanden en merkten dat we tegen de grenzen aanliepen. Daarna is het redelijk hard gegaan: vier hotels in Amsterdam; twee in Rotterdam; Delft… Onze eerste overname was Hotel New York in Rotterdam. Tot dan toe hadden we telkens zelf gebouwd. Alle hotels zijn in eigendom, behalve Hotel New York (huur), Hotel Delft (idem) en City Centre Hotel in Amsterdam (idem). Hotel Salland en Hotel de Veluwe zijn franchisebedrijven.”

Goede band met de banken

Aanvankelijk zal meer dan één bankier een wenkbrauw opgetrokken hebben bij de ‘expansiedrift’ van deze twee noordelingen, maar elke vorm van scepsis verdween snel. Harry: “De eerste jaren heb je nog niet het vertrouwen van de omgeving, maar dat komt vanzelf als de resultaten goed zijn en de continuïteit gewaarborgd blijkt. Dan dwing je respect af. We hebben nu een heel goede band met de twee banken die achter ons staan. Hotel Jakarta wordt uit eigen middelen - de cashflow - gebouwd. En dan praten we toch over circa vijftig miljoen. Dat toont aan dat WestCord een heel gezond bedrijf is. We hebben nu allemaal nieuwbouwplannen, maar we zouden ook binnen twee jaar onze leningen bij de banken kunnen aflossen. We zien echter nog steeds expansiemogelijkheden.”

Kurhaus

“We willen beslist niet alleen maar groeien,” verduidelijkt Jennifer. “Het is gewoon zo dat zich steeds weer mooie kansen voordoen. Het gaat ons niet om het aantal hotels. Ook niet om de spreiding over Nederland. De locatie moet goed zijn en we moeten er zelf blij van worden.”

Een blik op de kaart leert ons dat WestCord niet in het zuiden van Nederland vertegenwoordigd is. Helemaal niet. Toch zijn Harry en Jennifer al wel in Maastricht wezen kijken. Ook Eindhoven vinden ze “op zich interessant”. Maar dat deze twee hoteliers iets met het strand en de zee hebben, staat als een paal boven water. Niet verrassend dus, dat het Scheveningse Kurhaus zich mocht verheugen in hun warme belangstelling. “Dat hotel zou een geweldige aanwinst zijn geweest,” mijmert Harry. “Echt een prestigeobject, net als de SS Rotterdam. Jennifer vindt nog steeds dat we het eigenlijk hadden moeten doen. Er zat twee miljoen tussen ons bod en dat van de man (Amrâth Hôtels, red.)

die het Kurhaus binnengehaald heeft. Maar ik had voor mijzelf een grens gesteld: tot daar en niet hoger.”

Voor de plek waar nu Hotel Jakarta staat, op het Java-eiland, met uitzicht over het IJ, vlakbij het Centraal Station, waren ook zo’n dertig inschrijvingen gedaan. Dus Harry en Jennifer kregen dat project niet in de schoot geworpen. Harry: “Dan moet je met een goed plan komen. Ik denk dat het in ons voordeel gewerkt heeft dat wij daar als echtpaar zaten en dat WestCord een familiebedrijf is. Als je dan ook nog een paar hotels hebt die de mensen kennen, zoals Hotel New York, word je toch positief ontvangen. De gunfactor is misschien net iets hoger.”

Visie

Jennifer: “Er zit natuurlijk wel een visie achter onze komst naar Amsterdam. Onze hotels op de eilanden moeten het qua omzet echt van het seizoen hebben. Dankzij onze hotels in de Randstad, en de markten die we daar bedienen, is de groep veel minder kwetsbaar geworden.”

Hoofdkantoor

Zoals reeds gememoreerd, waren de hotels van Harry Westers ooit aangesloten bij Wagons-Lits. Daarna werkte hij samen met Golden Tulip, totdat die groep bankroet ging (mei 2009). “We hebben toen nog, samen met een collega, geprobeerd om Golden Tulip over te nemen,” vertelt Harry. “Dat is niet gelukt. Achteraf ben ik daar wel blij om, want het waren toch - in onze ogen - ietwat sukkelende hotelbedrijven.”

Het bankroet betrof de 13 eigen bedrijven van Golden Tulip; de 57 franchisenemers bleven buiten schot. De curator én ‘alle partijen’ - volgens een persbericht - vonden het wenselijk dat de franchisehotels onder de vlag van Golden Tulip verder zouden gaan. Daar voelde Harry Westers niets voor. “In datzelfde jaar wilde ik twee nieuwe hotels openen, en daar wilde ik geen franchisenaam van een keten opplakken die net failliet was gegaan,” verheldert hij. Kortom, Nederland maakte kennis met WestCord.

Crisis

Voor alle duidelijkeid: op het dieptepunt van de economische crisis, in 2009, opende WestCord twee spiksplinternieuwe hotels. Jennifer: “En we namen een nieuw hotel van Golden Tulip over (Delft). Dat was toen best spannend, maar achteraf gezien een zegen. Met die nieuwe hotels konden we ons namelijk prima profileren. We zijn relatief ongeschonden door de crisis gerold. De vergadermarkt was voor ons niet heel erg belangrijk. Op de eilanden hadden we uiteraard te maken met de terugloop in meerdaagse congressen, maar via de leisuremarkt wisten we de bezetting redelijk op peil te houden. WestCord als geheel putte kracht uit de verscheidenheid binnen de groep: we hebben zowel stadshotels als hotels die puur toeristisch georiënteerd zijn.”

Eigen identiteit

Een echte ‘WestCord-signatuur’ hebben de hotels niet, volgens Jennifer. “We proberen bedrijven neer te zetten die zich onderscheiden op basis van een eigen identiteit, met veel couleur locale. Enerzijds een strandhotel, anderzijds een SS Rotterdam of Hotel Jakarta. De locatie bepaalt wat voor soort hotel we daar gaan runnen. Wij kunnen en willen niet de omgeving onze wil opleggen. Ons ideaalbeeld: tevreden gasten en blije medewerkers. We hebben inmiddels ongeveer 900 medewerkers; zij (!) zijn WestCord.”

Leeuwarden

Harry: “De managers van de hotels komen eenmaal per week bij elkaar. Jennifer en ik budgetteren elke week; daarmee sturen we de hotels vanuit ons hoofdkantoor in Harlingen aan. Overigens wordt het hoofdkantoor binnenkort verplaatst naar Leeuwarden. Financieel gezien houden we de teugels stevig in handen. Eigenlijk doen we het met ons drieën: we hebben een financiële man die al meer dan vijftien jaar bij ons is. Hij zorgt ervoor dat we de financiële handvaten hebben om beslissingen te kunnen nemen. Dat we daar heel transparant in zijn, vinden de banken erg prettig. We nemen geen beslissing zonder de cijfers. We zijn wel de hele week onderweg, de hotels bezoekend, maar operationeel genieten de managers veel vrijheid, want twee kapiteins op een schip gaat niet.”

Woelige Baren

Over kapiteins gesproken… Het verhaal van de SS Rotterdam kent iedereen wel zo’n beetje. Nog voordat dit illustere schip voor het laatst de thuishaven was binnengevaren, waren Harry en Jennifer al bij de toekomst ervan betrokken. “Eigenlijk hebben wij het businessplan geschreven,” zegt Harry. “Maar daarna hoorden we niets meer. We lazen wel in de krant dat de investeringen gigantisch uit de hand liepen. In ons businessplan hadden we 25 miljoen geraamd; dat zouden we terug kunnen verdienen. Uiteindelijk heeft men 265 miljoen geïnvesteerd. Jennifer en ik hadden er in gedachten allang afscheid van genomen. Toen gaf de minister opdracht dat het schip verkocht moest worden. Daardoor kwamen wij weer in beeld. We wilden best nog een keer komen praten en uiteindelijk hebben we het schip gekocht.”

Lucas Petit

Op het feestje aan boord, ter ere van die aankoop, liep evenwel ook de Rotterdamse hotelier Lucas Petit rond. In november 2013 deed hij zijn verhaal in Hospitality Management. Hij zei: “Koop een hotel en je weet zeker dat je een boeiend leven krijgt. Koop een hotel als de SS Rotterdam en je leven wordt nog veel boeiender!” Met betrekking tot de toekomst van zijn eigen hotelgroep HOSCOM liet hij ons weten: “Nooit meer een hotelexploitatie zonder vastgoed.” - Want daar liep het voor hem mis in 2013: hij deed de exploitatie van het hotelgedeelte van de SS Rotterdam toen woningcorporatie Woonbron de eigenaar was. En voor de F&B was Jaarbeurs Catering verantwoordelijk… Drie kapiteins op een schip.

De nieuwe eigenaar WestCord maakte aan dat gedoe een einde. Jennifer: “Wij zijn hoteliers, dus uiteraard namen wij zelf de hele exploitatie op ons. Dat Lucas niet van boord wilde, begrijpen we heel goed, maar dat was Woonbrons probleem: zij en Lucas moesten dat maar met elkaar uitvechten. Lucas was en is een zeer gewaardeerde collega. Het is allemaal goed gekomen.”

Een andere storm ging iets minder snel liggen. De oudste zoon van Harry had ook zijn oog laten vallen op het hotelschip. Hij had op persoonlijke titel, samen met een vriend, een bod gedaan. Vader en zoon waren, zo schetst Harry, niet op de hoogte van elkaars initiatieven inzake de SS Rotterdam. Harry: “Jennifer en ik zaten al eerder in het traject en Woonbron had al een bindende overeenkomst met ons gesloten. Althans, daar gingen wij vanuit. Mijn zoon kwam toen met een - in zijn ogen - beter bod. In ieder geval een andersoortig bod. Toen dat geen weerklank vond, omdat Woonbron zich al verplicht had, voelde hij zich tekortgedaan. Het werd een juridische strijd. Eén en ander moest door de rechter beoordeeld en rechtgezet worden. Woonbron had destijds geheimhoudingsplicht dus mocht niet onthullen met welke partijen gepraat werd. De situatie was complex.” De relatie tussen vader en zoon is gelukkig genormaliseerd.

Eigen aanpak

Het gaat goed met de SS Rotterdam. Voordat WestCord de zaak overnam, was de bezetting circa 40%, nu 70%. “Vorige maand hadden we, binnen die ene maand, 120 partijen aan boord,” onthult Jennifer. Daaraan is wel een enorme reorganisatie vooraf gegaan. Vorig jaar hadden we het kampioensfeest van Feyenoord aan boord; dat voelde als een soort bekroning.”

Harry en Jennifer hebben, naar eigen zeggen, hun ‘eigen aanpak’ geïmplementeerd. Jennifer: “We zitten er gewoon bovenop.” Harry: “En wat ik niet doe - dat is heel veel - doet mijn vrouw. We zijn echte noorderlingen: aanpakken en ervoor gaan. Daarbij is het essentieel dat we heel bekwame en enthousiaste mensen om ons heen verzameld hebben. Wij geven die mensen veel vrijheid, maar zijn tegelijkertijd zelf heel zichtbaar. Onze medewerkers beschouwen we als familie.” Jennifer: “Als je nieuwe hotels bouwt, dus de organisatie uitbreidt, krijg je steeds meer mensen om je heen die specifieke kennis hebben. Niet zelden voor jou nieuwe kennis. Nieuwe visies. Daar moet je voor open staan. Dan kun je groeien en nieuwe ontwikkelingen in de praktijk brengen.”

Energieneutraal 

Samenwerking is de sleutel tot technologische vernieuwing. De nieuwste aanwinst van WestCord (Hotel Jakarta) is energieneutraal. Om dat voor elkaar te krijgen, is indrukwekkende technologie nodig. En dat het Tropenmuseum plus de Hortus Botanicus geraadpleegd zijn gedurende het tot stand komen van dit hotel, zal niemand verbazen die binnen is geweest. In Hotel Delft hebben ze een ‘slaaprobot’; die komt uit de koker van TU Delft. Wat betreft de uitgeslapen hotelgasten: de wijze van communiceren met hen is de afgelopen jaren sterk veranderd. Dat hoeft in hét hotelblad geen betoog. WestCord probeert de boekingen zo veel mogelijk in eigen hand te houden. Daarvoor is westcordbooking.nl in het leven geroepen. Geen tussenkomst van een derde partij. Sinds 2009 bestaat BPG: Best Price Guaranteed. De beste prijs voor gasten die rechtstreeks boeken. Jennifer: “We willen niet totaal overgeleverd zijn aan de OTA’s. Voor ons is een bepaalde mate van vrijheid en autonomie heel erg belangrijk. Evenals het rechtstreekse contact met onze gasten. De marketing gebeurt nu vrijwel volledig via het internet. Ook daarbij geldt: we doen zo veel mogelijk in eigen beheer. WestCord wil zélf het spel spelen. Wij hebben de kennis in huis en spelen onze eigen wedstrijd. Dat is ook wie we zijn: vroeger zaten we op de eilanden en moesten we zelfredzaam zijn. Het zit in ons DNA.”

De eisen van de tijd

Van alle markten thuis, zogezegd, en dat komt goed uit, want WestCord beweegt zich in meerdere markten. De diversiteit binnen de groep - elk hotel met een eigen identiteit -  vergroot het vermogen om mee te bewegen met de technologie en de trends, weet Harry. “Wij blijven investeren in onze bedrijven. Dat hoort ook bij een familiebedrijf. We zorgen voor continuïteit. Onze medewerkers vinden het fijn dat bij nieuwe ontwikkelingen direct geïnvesteerd wordt, zodat zij hun werk overeenkomstig de eisen van de tijd kunnen blijven doen. In Leeuwarden heeft het restaurant (met Michelinster!) net een nieuwe keuken gekregen. Voor ons is de F&B sowieso erg belangrijk: de gemeenschappelijke ruimtes vormen een wezenlijk element van de gezelligheid in een hotel.”

De eigenheid van WestCord… Jennifer doet bedachtzaam nog een laatste poging om dát in woorden te vatten. “De tijd die we erin stoppen. Ten eerste is ons werk ons leven, en we doen het samen. Daar gaat al onze tijd aan op. Het investeren van liefde, energie en tijd.” Als deze twee hoteliers even niet met de hotels bezig zijn, is de kans groot dat zij op het water vertoeven, in hun motorboot. “In zeilen gaat te veel tijd zitten.”

HM302018

Overig nieuws