Okura Hotels & Resorts: 'Wij blijven investeren'

Auteur: Jason van de Veltmaete
13 oktober 2008
Okura Hotels & Resorts: 'Wij blijven investeren'

Staat alles op losse schroeven? De financiële markten ingestort; de beurzen gekelderd; allerlei industriële sectoren verwerken knauw na knauw... Automobilisten rijden - in hun hardnekkige pogingen om mobiel te blijven - van omleiding naar omleiding. Zelfs de parkeerplaats van Okura Amsterdam is opgebroken! Doemdenkers zien overal donkere wolken die zich samenpakken, maar daarbij miskennen zij Nippon, het land van de rijzende zon.

Het bankroet van het Westerse kapitalisme? Door de hevige stormen die woeden in de bankensector dreigt de wereldeconomie in het ongerede te raken. Hoe zal dat uitpakken voor een hotelketen die verankerd is in het hoogste segment van de hotellerie? Marcel van Aelst, general manager van Hotel Okura Amsterdam, president van Hotel Okura Amsterdam BV en lid van de Raad van Bestuur van Hotel Okura Co. Ltd. Japan, is volstrekt niet bevreesd voor de positie van 'zijn merk'. Tel maar op: een Michelinster voor het Japanse restaurant, twee (!) Michelinsterren voor het Franse restaurant, prachtige suites en balzalen... Daar kan geen tsunami van slecht nieuws tegenop. Bovendien weet hij: 'Japanners zijn "long term investors".'

Okura is, qua eigendom, een Japanse keten, maar het logo met de vier cirkels verwijst naar de vier kompasrichtingen, of naar een orthografische projectie van de wereldbol; derhalve naar wereldwijde ambities. De doelstelling van Okura, verwoord in de 'corporate fact sheet', liegt er niet om: 'Our commitment is to be recognized worldwide as one of the premier hotel groups in de 21st century.' Hoe moeten we dat 'premier' interpreteren? Erg groot is de keten niet: 17 hotels in Japan, 6 elders, drie in aanbouw, 4 'projecten' in de koker. Vooraanstaand of leidend in kwaliteit? Dat kon best eens lukken.

Alle Okura-hotels bevinden zich in de ruimte van de Stille Oceaan, behalve dat ene in de Westerse wereld, te weten Hotel Okura Amsterdam. Heeft dat iets te maken met de zeer oude banden die tussen Japan en Nederland bestaan?

Van Aelst: 'Onze vroegere president en chairman is als het ware opgegroeid in de nabijheid van Amsterdamse grachtenpanden. Hij is namelijk geboren in Nagasaki, en in de baai van die stad ligt het kunstmatige eiland Dejima, waar de Nederlanders - als enige Westerlingen - handel mochten drijven met Japan. Van 1641 tot 1851 vormden de Nederlanders het enige contact van Japan met Europa. In Nagasaki - niet alleen bekend vanwege de atoombom - staat Holland Village. Toen de gedachte opkwam om de succesformule van Hotel Okura Tokyo te exporteren naar Europa, lag Amsterdam voor de hand. Overigens is Japan over een veel breder front geïnteresseerd in Nederland: het Japanse bedrijfsleven heeft in ons land meer geïnvesteerd dan in enig ander Europees land.'

Maar waarom - na Amsterdam - niet nog een paar andere Europese vestigingen?

'Dat heeft te maken met vertrouwen en gezichtsverlies... De nieuwe Amsterdamse opera was oorspronkelijk naast dit hotel gepland; plus nog wat appartementencomplexen. Maar uiteindelijk besloot het Amsterdamse gemeentebestuur om de opera op een heel andere plek te bouwen. Het werd de Stopera. Van het beoogde complex bleef alleen het hotel over. De Japanners voelden zich... in het ootje genomen, zal ik maar netjes zeggen. Zij hebben als reactie alle plannen voor de rest van Europa ergens achterin een archief gesmeten. Toen ik in 1994 directeur werd van dit hotel, heb ik er alles aan gedaan om het zó mooi op de kaart te zetten, dat de problemen uit het verleden vergeten werden. Inmiddels staan Londen en Parijs hoog op de agenda van Okura. In Parijs zijn we al bezig, maar Londen is - vooral in het kader van marketing en netwerken - het meest interessant voor ons. Dat heeft ook te maken met luchtvaartverbindingen; met vluchten naar Japan. Voor Okura Amsterdam geldt dat de meeste gasten uit Engeland komen; daarna Nederland, dan pas Japan.'

De geschiedenis van Okura begint in 1958; in 1962 werd het hotel in Tokio geopend; negen jaar later kwam - als tweede (!) - Amsterdam... In een chronologisch opgestelde lijst staat Hotel Okura Amsterdam dus prominent genoteerd. Anno 2008 staat dit hotel ook in andere opzichten aan de top, ondanks de desertie van de Amsterdamse wethouders en het feit dat de Japanse vrienden zich op meer dan 12.000 km afstand bevinden. Hoe is die positie bereikt?

'Een van de eerste stappen was het bouwen van een health center. Daarna hebben we een grote balzaal neergezet. Ik wilde dit hotel qua faciliteiten aanpassen aan wat toentertijd, in mijn ogen, belangrijk was. Onze grootste business vinden we in de "meetings en conventions". Dit hotel is bekend van de jaarvergaderingen en grote congressen. We hebben veel ruimte en natuurlijk een heel goede banqueting. Ik geloof dat wij kwalitatief het beste meeting en convention hotel zijn van Nederland. We hebben ontegenzeggelijk de grootste variëteit in faciliteiten. We kunnen bogen op de grootste zalen en vier restaurants die wij zelf managen. Onze f&b is van heel hoge kwaliteit. Ga maar na: 81 koks, waarvan 26 in het Japanse restaurant. Als ik dat aantal noem tegenover andere general managers, kijken ze mij ongelovig aan, zo van: Waar ben je in hemelsnaam mee bezig?! Maar al die investeringen brengen wij zelf op. De keten is eigenaar van het hotel; wij betalen een managementfee aan Tokio, een bepaald percentage van de omzet, een bepaald percentage van de GOP (Gross Operating Profit) en een dividend. Alles wat overblijft aan cashflow wordt gebruikt om te investeren in het hotel. Er wordt niets afgeroomd. Wij herinvesteren. De Japanners zijn trouwens erg trots op onze Michelinsterren. In Hotel Okura Amsterdam bevindt zich de enige traditioneel Japanse keuken met een Michelinster van heel Europa.'

Dit hotel investeert dus zeer stevig in kwaliteit; dat gaat veel verder dan enkel een mooie hal en comfortabele suites. Michelinsterren, 81 koks... Zijn jullie niet bang dat een economische recessie juist dit hotel - en wellicht de hele keten - zwaarder raakt dan de standaard vijfsterrenhotels?

'In 1993 hadden we een bezettingsgraad van zo'n 44%, dus ja, een recessie zal ons behoorlijk treffen, maar met zoiets moet je leren leven. De economie kent nu eenmaal vette jaren en magere jaren. Op het moment merken we nog niets van een eventueel aanstaande neergang. Het is natuurlijk wel zo dat onze restaurants gasten zullen blijven aantrekken; dit niveau vind je immers nergens anders. Die restaurants vormen ons uithangbord. Echt geld verdienen doen we met de vijfsterrenkamers, maar de restaurants met Michelinsterren zijn uitermate belangrijk voor ons imago. In Amsterdam gaan er zo'n 9000 hotelkamers bij komen, als de wethouders hun zin krijgen, dus wij moeten ervoor zorgen dat we ons blijven onderscheiden. De ontwikkeling van de Zuidas is voor ons heel gunstig: als het allemaal doorgaat zoals gehoopt en gepland, dan liggen wij straks op een droomplekje centraal in de stad. Bovendien is onze bereikbaarheid heel goed. En de economie? Ach, nu een beetje een buffer opbouwen; dan overleven we de magere jaren echt wel.'

En juist investeren tijdens de 'daljaren'...

'Precies! De nieuwe lobby is pas voor een derde klaar. In januari en februari wordt de rest van de frontdesk gedaan; de hoofdingang wordt totaal verbouwd en de oprit wordt net zoals die van Hôtel Metropole in Monaco.'

Terug naar het internationale aspect van de keten. Okura Amsterdam is zeer succesvol; wat verhindert die Japanners - meer dan een kwart eeuw na een teleurstellende ervaring met de vroede vaderen van Amsterdam - om enthousiast uit te breiden in Europa?

'Ze zijn bezig. Ik heb momenteel een hotel in Londen in de aanbieding, om het maar even zo te zeggen, maar de prijzen van onroerend goed zijn daar heel erg hoog. In dit geval een hotel met 235 kamers voor 210 miljoen pond! Bovendien moet het nog flink verbouwd worden. Dat is een slok op een borrel te veel voor ons. Al met al zijn we een kleine organisatie. Okura is absoluut bereid om te investeren, maar we hebben daar wel partners bij nodig. Overigens hebben we die partners - ook Japans - en het voordeel van de economische neergang is, dat er nu projecten op de markt komen die betaalbaar zijn. Londen en Parijs staan hoog op de agenda. In andere steden, zoals Berlijn en Wenen, zullen we niet investeren, maar dat betekent niet dat Okura daar geen hotel wil hebben. Daar willen we best managen, zelfs met een garantie. We hebben evenwel slechts beperkte financiële middelen, en voor wat betreft onze strategische doelstellingen zijn Londen en Parijs belangrijker. In Londen wil ik best dertig of veertig miljoen steken. Maar een Japanner krijg je niet meer naar een stad in Europa op basis van mooie beloften van een gemeenteraad.'

Een puur Japanse hotelketen, geworteld in de Japanse traditie, met Japanse sensibiliteit en met hotels - naast allerlei andere ondernemingen - die afgestemd zijn op Westerse gasten... Wat vormt verder de eigenheid van Okura?

'Food en beverage vormt in de keten ongeveer 75% van de omzet; in Amsterdam zo'n 60%. Verder is specifiek voor Okura het Kai Sen - het iedere keer proberen de prestaties te verbeteren; het blijven investeren. (Kai Sen is een Japanse term die hoort bij het terrein van het 'totale kwaliteitsmanagement'; het betekent zoiets als 'eigendom verbetert', red.) Alles om het product nog mooier te maken. Bovendien hebben de mensen binnen deze keten veel vrijheid; ik loop niet in een keurslijf. Kenmerkend voor de organisatie zijn ook de heel korte lijnen: als general manager van dit hotel rapporteer ik natuurlijk aan de chairman in Tokio, maar zolang het goed gaat met betrekking tot de "return on investment", mag ik van alles zelfstandig proberen. In andere hotelketens is heel veel gelijkgeschakeld: de menu's, de indeling van de kamers, de kleurstellingen... Wij hebben alle ruimte voor couleur locale en voor eigen keuzes. In aanmerking genomen dat we ook nog eens een soort grote familie zijn, werkt het binnen Okura heel prettig.'

Zijn er voor Okura andere expansiemogelijkheden denkbaar dan hotels bouwen of kopen?

'Het zou best eens kunnen zijn - zeg ik heel voorzichtig - dat wij een kleine keten of hotelgroep gaan overnemen. We hebben sinds een half jaar geleden een nieuwe president; dat is een man van 43 - heel jong, voor Japanse begrippen. Hij is een econoom die het Westen goed begrijpt. Ik beschouw hem in zeker opzicht als mijn "sparringpartner", omdat hij echt door heeft waar ik hier mee bezig ben. Die man is gedreven en weet dat in het Westen zich momenteel mogelijkheden aanbieden. Het zou best eens kunnen zijn... dat wij zomaar ergens toeslaan.'

Marcel P. van Aelst

Geboren: 17/02/1948
Burgerlijke staat: Getrouwd, twee kinderen.
Liefhebberijen: Golf en parachute springen.
Opleiding: Hoge Hotelschool Den Haag
International Institute for Hospitality Management
Cornell University, Ithaca USA, Summer course
Stanford University, Palo Alto USA, SEP Executive Program
Werkervaring: Hotel Okura Tokyo, 1970-71
Hotel Okura Amsterdam, 1971-74
Frankfurt Inter-Continental, 1974-76
Inter-Continental Hotels Germany, 1976-79
Vienna Inter-Continental, 1979-82
D'Angleterre Inter-Continental Copenhagen, 1982-83, GM
The Mark Hopkins Inter-Continental San Francisco, 1983-88, GM
Atlanta Inter-Continental (opening), 1988-89, GM
Area vice president Sheraton Hotels Canada
Managing director Sherathon Centre Toronto, 1989-93
Hotel Okura Amsterdam, 1994- heden
Lid van de Board of Directors Hotel Okura Co. Ltd. Japan, 2004-

Hotel Okura Co. Ltd.

Opgericht: december 1958
Kapitalisatie: 3.000 miljoen yen
Consolidated sales: 58.344 miljoen yen
Hotels: 23
Kamers: 7.182
Werknemers: 2.513
Te openen: Zomer 2009: Okura Resort Sun Moon Lake, Taiwan
Herfst 2009: Hotel Okura Macau
Zomer 2010: Hotel Okura Taipei

HM302008

Overig nieuws