Vriendelijk tegen de gasten en het personeel

Auteur: Redactie
11 april 1999
Vriendelijk tegen de gasten en het personeel

Wie zich verdiept in de ethische aspecten van het personeelsbeleid, ontdekt als snel dat daarmee heel wat winstpunten te behalen zijn. Het voert wellicht te ver om de ethiek als een panacee voor een gezonde bedrijfsvoering te zien, maar het heeft, bij regelmatige 'inname', een zeer positieve uitwerking. Raadpleeg echter eerst de bijsluiter, of beter nog: een deskundige.

Elke ondernemer en werknemer in de horeca loopt dagelijks tegen allerlei situaties aan die met ethiek te maken hebben. Wat doe je met rokende of beschonken gasten; hoe serieus leef je de hygiëne-eisen na; hoe behandel je klachten? Maar ook: hoe ga je met je personeel om?

Met name dat laatste bepaalt hoe je bedrijfscultuur eruit ziet. En daar komen je gasten op af, of niet natuurlijk. Gasten voelen de uitstraling van het bedrijf en zijn medewerkers immers feilloos aan.

Wollig

’Iedereen weet dat goed management inhoudt dat je verder kijkt dan je neus lang is,’ antwoordt Henk Vijver op de vraag of ethiek wel thuishoort in een branche waar het korte-termijn-denken vaak de boventoon voert. ’Ethiek vormt de basis van een solide bedrijfsvoering, en dat levert je op termijn het meeste op, ook in financiële zin. Je investeert in feite in je imago.’

Toch laat een ondernemer zich eerder door economische motieven leiden dan door iets 'wolligs' als ethiek. Vijver: ’Als we teruggaan naar de Oude Grieken, zien we dat ethiek 2400 jaar geleden al een wetenschap was. Daarbij vergeleken komt economie nog maar net kijken. Ethiek moet dus wel iets hards in zich hebben.’

Vijver verzorgt onder meer voor SVH Bedrijfsopleidingen in Zoetermeer een training ethiek voor ondernemers en medewerkers in de horeca. ’Het is opvallend dat ondernemers die eenmaal tijd hebben vrijgemaakt om zich te verdiepen in de ethische aspecten van hun werk, ethiek al gauw als een relevant onderdeel van hun bedrijfsvoering ervaren. Als je de ethische overwegingen in het bedrijf op een rijtje zet, zijn er alleen al op personeelsgebied veel zaken die daarmee te maken hebben. Denk maar aan werving en selectie, beoordelingen, beloningen en promotiekansen. Een actueel voorbeeld is de toename van flexibele arbeid.’

Je hoeft als ondernemer of manager geen ethicus te zijn, om jezelf en je medewerkers te wijzen op de ethische beginselen binnen je bedrijf. Het gaat namelijk vaak om praktische problemen. Vijver: ’Het voorbeeld van flexibele arbeid is een verschijnsel van deze tijd en kent bedenkelijke kanten. Ook al gaat het economisch voor de wind, veel ondernemers zijn terughoudend in het aanbieden van vaste dienstverbanden. Daarmee kun je je indekken tegen toekomstige tegenslagen. Op het moment dat je hierin een helder beleid voert, dus dat je personeel op projectbasis aanneemt en duidelijk bent over de duur van de dienstbetrekking, voert een ondernemer of manager een goed gefundeerd personeelsbeleid. De ondernemer die telkens - vaak jong en fanatiek - personeel aan het lijntje houdt met kortdurende contracten, heeft misschien wel oog voor het financiële resultaat op korte termijn, maar op den duur kan hij zichzelf benadelen. Er ontstaat een bedrijfscultuur waarbij betrokkenheid ver te zoeken is. Dat zullen de gasten beslist merken.'

Code

Op het moment dat je personeel zich voldoende betrokken voelt bij het bedrijf, kun je ook goede afspraken maken over ethisch gedrag. Het maken van een ethische gedragscode kan daartoe een bijdrage leveren, maar is in de ogen van Vijver zeker geen noodzaak. ’Het is uiteraard belangrijk dat alle medewerkers weten waar bepaalde ethische grenzen liggen. Het kan niet zo zijn dat een gast van de ene medewerker wel mag roken en van de andere niet. Of dat er inconsequent met openingstijden of het schenken van alcohol wordt omgegaan. Duidelijkheid naar de gasten toe is noodzakelijk, maar daarvoor moet er eerst duidelijkheid naar het personeel toe zijn. In een gedragscode kun je zulke zaken vastleggen, maar het regelmatig voeren van gesprekken is van nog groter belang. Je stuit in die gesprekken op alledaagse problemen en probeert daar met elkaar een oplossing voor te vinden. Een ondernemer moet daar wel ruimte voor creëren. Hij of zij kan die gesprekken zelf leiden of daarvoor een deskundige inschakelen.’

De maatschappelijke stroomversnelling waarin we zijn beland, leidt geleidelijk aan tot een 24-uurs economie. Niet alleen confessionele groeperingen keren zich steeds meer tegen deze ontwikkeling. Menig ondernemer van een kleinschalig bedrijf ziet hierin een bedreiging. Vijver benadert deze ontwikkeling positief: ’Er zijn nog steeds talloze mensen die wel een pauze inlassen en tijd vrijmaken voor liefhebberijen en geliefden. We voelen allemaal best aan dat er gevaren zitten aan dag en nacht werken. Ik ben ervan overtuigd dat we er vanzelf van terugkomen, want het werkt op den duur tegen je natuurlijke ritme. De 24-uurs economie leert ons eigenlijk dat het leven meer is dan economie.’

Ethiek richt zich niet alleen op het gedrag van personeel richting gasten, maar ook op het gedrag van de ondernemer tegenover zijn (potentiële) medewerkers. De beoordeling van potentiële medewerkers uit zogeheten achterstandsgroepen, zoals gehandicapten, allochtonen en werklozen, berust vaak op misverstanden. ’Het is een misvatting dat een gehandicapte per definitie iemand is die er onprettig uitziet,' verklaart Vijver. 'Een handicap kan ook onzichtbaar zijn, maar zo iemand heeft bijvoorbeeld wel een goede stoel nodig om te kunnen functioneren. Iemand die een trauma heeft moeten verwerken, kan nu nog in de WAO zitten, maar kan binnenkort met wat extra aandacht een heel goede medewerker zijn. Ondernemers richten zich bij dit soort voorbeelden vaak op probleemervaringen. Toch zijn er ook zulke ervaringen met andere medewerkers, terwijl je die verhalen zelden hoort. Een gezond bedrijf moet proberen een afspiegeling te zijn van de maatschappij, want daarin herkennen de gasten zich ook.’

 

Uitdaging
Tot slot geeft Vijver nog een overweging mee: ’Gastvrijheid is natuurlijk een fantastisch begrip, maar adel verplicht. Daarmee wil ik aangeven dat je niet zomaar kunt zeggen dat je een gastvrij bedrijf bent; je moet het ook in de praktijk waar maken; richting gasten en richting personeel. Je zou zelfs kunnen zeggen dat “gastvrij zijn” een morele keuze is. Het is de keuze voor een levensstijl die gekenmerkt wordt door openheid naar anderen, maar vooral naar mensen die dit het hardst nodig hebben. Een goede ondernemer probeert dat fantastische begrip gastvrijheid te realiseren in een commercieel kader. Dat is de uitdaging die iedere ondernemer moet aangaan.’
Dr. Henk Vijver studeerde filosofie en theologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Sinds 1990 is hij docent ethiek aan de Hotel Management School in Leeuwarden en daarnaast is hij bestuurslid van het Ethisch Centrum Horeca. Deze stichting werkt aan de ethische bewustwording van horecaondernemers en -managers door het geven van voorlichting en het ondersteunen bij de ontwikkeling van trainingen en leermiddelen over ethiek in de gastvrijheidsbranche.
Auteur: Erik Paulis

HM30JAAR HM301999

Overig nieuws