Breed F&B-aanbod kan een nadeel zijn

Auteur: Redactie
F&B 31 mei 2016
Breed F&B-aanbod kan een nadeel zijn

Traditionele hotels blijven moeite houden om niet-gasten kennis te laten maken met hun F&B-aanbod. Inntel Hotels Art Eindhoven kampt ook met dit probleem, maar ziet wel een groei in het aantal niet-gasten binnen de F&B, mede door de recente verbouwingen. Pieter Bruns, general manager, en Toon van Liempd, F&B-manager, staan ons te woord.

“Afgelopen jaar hebben we verbouwd”, vertelt Pieter. “De ruimte hebben we intiemer gemaakt, zonder de grootsheid van het geheel aan te tasten. De hoogte van de plafonds maakte de ruimte onpersoonlijk en dit hebben we goed weten te maskeren door het gebruik van draadgordijnen, zoals boven de bar en in de eetzaal.” Het gebouw is inderdaad imposant en is deels gevestigd in de monumentale Philips lichttoren. Hier werden in het verleden de eerste gloeilampen van het Eindhovense bedrijf gefabriceerd en getest.

De bar als eyecatcher

De bar is overduidelijk de eyecatcher van de openbare ruimte. “Niet alleen het uiterlijk van de bar moet veel gasten aanspreken, maar ook het assortiment is breed en eigentijds. We bieden een mooie selectie speciaalbieren aan en ook op het gebied van cocktails staan we ons mannetje. Er is een groei van niet-gasten te zien, maar het blijft moeilijk. Er zijn bijvoorbeeld wel gasten die speciaal naar onze bar komen na een wedstrijd van PSV, want het stadion is om de hoek”, vertelt Toon.

Drempel is hoog

Toon vervolgt zijn betoog: “De drempel om een hotel te bezoeken puur en alleen voor F&B is hoog. Van der Valk is zo’n beetje de enige positieve uitzondering binnen de hotellerie. Van oudsher denkt men dat het eten in een hotelrestaurant slecht en duur is. In het buitenland is dat al jaren niet meer zo en ook binnen Nederland zijn we goed bezig; toch is het beeld van het grote publiek ten opzichte van hotels nog niet veranderd. Ons restaurant is bijvoorbeeld internationaal georiënteerd en we werken met een open keuken. Op de kaart staan goede gerechten voor een goede prijs. Bovendien kunnen we de ruimtes verkleinen met de draadgordijnen, zodat de sfeer intiemer en gezelliger wordt.”

Duur ontbijt moet je kunnen verantwoorden

Dan het ontbijt. Van de hotels die we in deze uitgave van Hotel & Food & Beverage bezoeken, blijkt de prijs hier het hoogst. “Je betaalt 22,50 euro voor het ontbijt”, aldus Pieter. “Daarmee zijn we niet de goedkoopste, maar ook zeker niet de duurste. Die prijs kunnen we absoluut verantwoorden, want we werken hier met ‘front cooking’, waarbij de gasten alles zien gebeuren. Je ziet wel duidelijk verschil tussen de zakelijke en de leisuregast. Leisuregasten ontbijten uitgebreid en steken weleens een croissantje in de tas. Dat moet kunnen, wat mij betreft. De zakelijke gast ontbijt meestal vroeg en snel. Voor die gasten bieden we ook ‘coffee to go’ aan, zodat ze snel weer op weg kunnen. In het weekend kun je hier ontbijten tot twaalf uur en de check-out is dan ook om twaalf uur. Eindhoven is meer in trek, ook bij toeristen. Bij stelletjes wordt de stad steeds populairder, maar ook op evenementen komen meer bezoekers af. Denk daarbij bijvoorbeeld aan concerten in het Klokgebouw.”

Eindhoven loopt een beetje achter

Eindhoven is geen Randstad. Volgens Pieter en Toon loopt de stad dan ook een beetje achter, vergeleken met de Randstad. “Dat klopt”, zegt Toon. “In de Randstad, en dan met name in Amsterdam, wordt de cocktailbar in een hotel gezien als businessmodel. Dat kan hier niet. Toch is Eindhoven een stad die steeds meer in de belangstelling staat en wordt gezien als een hip alternatief voor Amsterdam. In de hoofdstad word je onder de voet gelopen door toeristen, terwijl je hier de ruimte hebt. Daarnaast zie je in Eindhoven veel creativiteit; denk aan Strijp-S en de High Tech Campus.” Pieter vult aan: “Wat Eindhoven wel mist, is een goed aanbod in onderscheidende hotels. Dat valt tegen. Sommige hotels zijn wel mooi, maar niet bijzonder. Wij moeten ook een breed publiek aanspreken, want we bedienen zowel de leisuremarkt als de zakelijke markt en moeten dus voor iedereen wat hebben. Dat geldt zowel voor het F&B-aanbod als de andere faciliteiten en de inrichting van het hotel.”

Niet vragen naar budget

Binnen de horeca is er steeds meer nadruk op ‘local’ en bewuste keuzes. Toon: “Ook wij bieden lokale producten aan, zoals bieren van lokale brouwers. Bovendien zorgen we ervoor dat deze bierkaart steeds wisselt. We hanteren wel prijsdifferentiatie op de menukaart, maar bij koffie doen we dat bijvoorbeeld niet. Er wordt dan ook nooit gevraagd naar een drankenkaart. Feitelijk is prijs ondergeschikt aan kwaliteit: mensen zijn best bereid te betalen, wanneer je aan kunt bieden waarnaar ze op zoek zijn. Wij vragen niet naar het budget, maar naar de smaak en daarbij is het verhaal belangrijk. Dat geldt ook voor de kamers; bij een kamer met een jacuzzi is de prijs ondergeschikt.”

Pizza op de kamer

Er zijn gasten die wél kiezen op basis van prijs en een pizza bestellen voor op de kamer. Dat gebeurt vast ook weleens in het Art Hotel? “Natuurlijk”, zegt Pieter lachend. “Maar daar heb je geen invloed op. Je ziet het gebeuren en het enige dat je kunt doen is er goed mee omgaan. Dit is ook de reden dat we zelf pizza verkopen. Als de gasten die een pizza hebben besteld ook nog vragen om een bord en bestek, dan krijgen ze die gewoon. Geen probleem. Uiteindelijk moet iedereen zich hier thuisvoelen. Of er nog wel behoefte is aan roomservice? Ja, dat wel. Je moet het wel goed aanbieden en het moet geen negatief effect hebben op de bedrijfsvoering. Blijkbaar wil men op de kamer eten, dus moeten we dat faciliteren.”

Goed lunchen voor zakenmensen

De lunchkaart ziet er goed uit, maar toch zien we weinig gasten lunchen in het hotel. Toon: “Voor de zakelijke gasten hebben we vaak lunchbuffetten, maar gasten van buiten laten het afweten. Ze weten ons simpelweg niet te vinden en ik denk dat je het eerst eens ervaren moet hebben. Ook hier zien we wel groei, want de faciliteiten zijn goed: het eten is uitstekend, de service is top en we hebben gratis wifi. Voor zakenmensen is onze locatie uitstekend geschikt, want je kunt hier rustig zitten… Hier komt die hoge drempel weer om de hoek kijken.”

Koks zijn niet te vinden

Dat hotels het lastig hebben met F&B en mensen van buiten, is wellicht te verklaren door het feit dat de kaart breed moet zijn. Leisuregasten willen verwend worden, terwijl zakelijke gasten het eten vaak ‘net als thuis’ willen hebben, of in ieder geval een ‘luxe versie van thuis’. Je echt onderscheiden kun je dus niet en het vinden van een goede chef-kok blijkt voor veel hotels dan ook een onmogelijke opgave. “Dat zien wij ook”, zegt Pieter. “Koks vinden is een drama.” Toon vult aan: “Wij zijn ook een leerbedrijf, maar zien dat degenen die afstuderen liever kiezen voor een operationele functie binnen een ander segment. De meest gemotiveerde koks willen vaak werken in een sterrenzaak en de horeca is leuk als je 18, 19 of 20 jaar oud bent, maar met een gezin verandert het verhaal. Dan gaan ze iets anders doen. Het niveau? Daar kunnen we het niet eens over hebben, want dan moet je eerst sollicitanten hebben. Ja, zo erg is het. We zien dat het aantal klassen terugloopt bij koksopleidingen en dat we ook steeds minder vaak stagiaires aangeboden krijgen.” Nederlandse studenten lopen graag stage in het buitenland. Komen er dan nooit aanvragen van buitenlandse studenten die in Nederland stage willen lopen? “Nee, dat is lastig”, aldus Toon. “In het buitenland wordt het algemeen veel beter geaccepteerd dat je in het Engels wordt aangesproken binnen de horeca. Nederlanders zijn star en vinden dat het personeel Nederlands moet spreken. En dat terwijl wij zeventig, tachtig procent van onze tijd Engels spreken omdat we zoveel buitenlandse gasten over de vloer hebben. Dat is eigenlijk best vreemd, als je er zo over nadenkt.” Inntel Hotels Art Eindhoven is een traditioneel hotel dat probeert de beeldvorming over de hotellerie bij het grote publiek te veranderen. Dat dit zo moeilijk gaat, doet niets af aan het feit dat het team keihard werkt om het hotel op de kaart te zetten. De locatie is schitterend, op de menukaart valt niets af te dingen en Eindhoven is in opkomst. Hier is nog veel mogelijk.

Inntel Hotels Art Eindhoven in cijfers:

230 kamers en suites

3 zalen

1 restaurant met open keuken

1 (cocktail)bar

Philipsfabriek de Lichttoren werd in 1909 gebouwd, Inntel Hotels werd eind 2013 eigenaar van het pand

Fotografie: Jørgen Koopmanschap

HM302016

Overig nieuws