Betalingsverkeer

Auteur: Redactie
KHN 14 februari 2002
Betalingsverkeer

Een aandachtpunt waar Koninklijk Horeca Nederland continu mee bezig is, is het betalingsverkeer. Op de één of andere manier komen er op dit gebied altijd weer konijnen uit de hoge hoed. U herinnert zich ongetwijfeld de ‘millenniumhype’, toen op stel en sprong de pinapparatuur moest worden aangepast. De onderhoudstechnici waren de deur nog niet uit of de volgende brief was al binnen: de euro komt, dus uw apparatuur moet worden aangepast. Na veel inspanningen onzerzijds en vooral veel kosten uwerzijds is ook deze drempel genomen.

Een andere ‘hindernis’ is de creditcardprovisie en het bedrijf dat het elektronische betalingsverkeer in Nederland regelt: Interpay. In deze tijd van marktwerking blijft het vreemd dat iedereen verplicht wordt via slechts één aanbieder alle transacties te verwerken. We hebben inmiddels een aantal gesprekken gevoerd met buitenlandse bedrijven. In het grote Europa waarin we steeds meer integreren, moet het transactieverkeer geopend worden voor nieuwe partijen.

Het kan heel efficiënt zijn dat in Nederland slecht één partij het dataverkeer rond de elektronische betalingen regelt, maar toezicht is wenselijk. Want antwoorden op de volgende vragen kennen we niet: is het tarief van de betaalmiddelen waarmee we pinnen wel reëel? En de creditcard? Als vergelijking kunnen we de OPTA noemen die in de telecommunicatie voor meer concurrentie heeft gezorgd. Uiteraard moet er betaald worden voor betaalmiddelen, maar dan wel conform een gecontroleerde kostprijs plus berekening.

Transparantie

Op het moment van schrijven van dit artikel heeft de Superunie een kort geding aangespannen tegen de verwerker van pintransacties. De Superunie is van mening dat zij wordt achtergesteld op het gebied van provisie ten opzichte van andere grote supermarktketens.

Wat Koninklijk Horeca Nederland betreft, is geld een publieke zaak, net zoals nutsvoorzieningen. Het elektronisch betalingsverkeer is echter in handen van commerciële partijen. Er zou sprake moeten zijn van transparantie met betrekking tot de werking en de inrichting van het betalingsverkeer. Thans is niet duidelijk waarop de pin- en creditcardtarieven zijn gebaseerd. Waarom wordt er bijvoorbeeld een provisie in percentages in rekening gebracht? Of ik nu voor € 100,- of voor € 200,- pin; welke extra handeling moet er verricht worden die dit verschil rechtvaardigt? Moeten we straks bij het bestellen van een taxi ook een percentage van ons inkomen als tarief betalen?

De positie van de winkels en horecabedrijven wordt op dit moment ook te eenzijdig benaderd. Er wordt slechts vanuit gegaan dat wij gebruikers of afnemers zijn van betaalapparatuur, terwijl ondernemers feitelijk medeaanbieders zijn van het systeem. De elektronische portemonnee kan alleen een succes worden als toonbankinstellingen (dus ook horecabedrijven) hun medewerking verlenen.

Het onderzoek naar tariefstructuren en infrastructuur in het massale girale betalingsverkeer is inmiddels gestart door de commissie Wellink. Minister Zalm heeft opdracht gegeven voor dit onderzoek. Koninklijk Horeca Nederland is blij dat de minister de opdracht aan DNB heeft verstrekt zodat er duidelijkheid kan ontstaan. Wij vertrouwen erop dat we bij de presentatie van de bevindingen antwoord krijgen op de volgende vragen. Hoe functioneert het betalingsverkeer feitelijk? Voldoet de huidige tariefstructuur? Is er voldoende toegankelijkheid voor buitenlandse aanbieders?

HM302002

 

Overig nieuws